Overtreding artikel 16 en artikel 23 Elektriciteitswet 1998

Zaaknr.: 101531

1. In het voorjaar van 2002 en in januari 2004 heeft een aantal woonbootbewoners, thans verenigd in de Vereniging Wonen-Varen-Werken Zijkanaal B (hierna: de vereniging), hun regionale netbeheerder verzocht om elektriciteitsaansluitingen te realiseren.

2. Bij uitblijven van een positieve reactie op het verzoek, heeft de vereniging bij brief van 23 februari 2003 de directeur van de Dienst uitvoering en toezicht Energie (hierna: de directeur DTe) verzocht om aan N.V. Continuon Netbeheer (hierna: Continuon) een bindende aanwijzing te geven in verband met het niet naleven van de aansluitplicht ex artikel 23 van de Elektriciteitswet 1998 (hierna: E-wet).

3. Continuon is in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze te geven op voormeld verzoek. Op 22 april 2003 heeft ten kantore van DTe een hoorzitting plaatsgevonden waarbij onder andere vertegenwoordigers van Continuon en de vereniging aanwezig waren. Naar aanleiding van het verzoek en het verhandelde tijdens de hoorzitting is vervolgens uitvoerig gecorrespondeerd.

4. Op grond van artikel 5, zesde lid, van de E-wet kan de directeur DTe bindende aanwijzingen geven in verband met de naleving van de E-wet.

5. Op grond van artikel 16, eerste lid, onderdeel c, E-wet heeft de netbeheerder onder meer de - exclusieve taak - netten aan te leggen, te herstellen, te vernieuwen of uit te breiden. Ook is de netbeheerder is op grond van artikel 16, eerste lid, 0nderdeel e, E-wet juncto artikel 23, eerste lid, E-wet verplicht degene die daarom verzoekt te voorzien van een aansluiting op het door hem beheerde net. De minister van Economische Zaken heeft uitdrukkelijk aangegeven dat de netbeheerder zo snel als redelijkerwijs mogelijk een aansluiting moet realiseren (Vgl. TK 2002-2003, 28 254, nr. 2, pagina 52).

6. Gebleken is dat Noord West Net N.V. (hierna: Noord West Net) gelet op de gebiedsindeling van de regionale netbeheerders in onderhavige aangelegenheid de verantwoordelijke netbeheerder is en niet Continuon, die net als Noord West Net, als netbeheerder onderdeel uitmaakt van de Nuon-holding.

7. De directeur DTe heeft besloten aan Noord West Net een bindende aanwijzing te geven. De directeur DTe is van oordeel dat Noord West Net artikel 16, eerste lid, onderdeel e, juncto artikel 23, eerste lid, en artikel 16, eerste lid, onderdeel c, E-Wet heeft overtreden door niet zo snel als redelijkerwijs mogelijk de in het voorjaar van 2002 gevraagde aansluitingen en de noodzakelijke netaanleg dan wel netuitbreiding te realiseren. De directeur DTe heeft vastgesteld dat nog steeds geen fysieke aanvang is gemaakt met de beoogde netaanleg/netuitbreiding en nog steeds niet alle vergunningen/ontheffingen zijn aangevraagd en verkregen. Noord West Net heeft naar oordeel van de directeur DTe voldoende de tijd gekregen hiervoor zorg te dragen. Om te waarborgen dat de gevraagde aansluitingen en de noodzakelijke netaanleg dan wel netuitbreiding inderdaad binnen een aanvaardbare termijn worden gerealiseerd, vindt de directeur DTe een bindende aanwijzing noodzakelijk en redelijk.

8. De door de directeur DTe aan de betreffende netbeheerders gegeven bindende aanwijzing heeft de volgende inhoud:

Noord West Net N.V. heeft er uiterlijk op 1 juli 2004 voor gezorgd dat:

1. Het net is aangelegd en de aansluitingen zijn gerealiseerd ten behoeve van de elektriciteitsvoorziening van de woonbootbewoners van de Vereniging Wonen-Varen-Werken Zijkanaal B; dan wel

2. Een zodanige (tijdelijke) voorziening is getroffen dat de woonbootbewoners van de Vereniging Wonen-Varen-Werken Zijkanaal B van een tijdelijke elektriciteitsaansluiting zijn voorzien.

9. Tegen bovenbedoelde besluiten kan degene die rechtstreeks in zijn belang is getroffen, binnen zes weken na de dag van bekendmaking een bezwaarschrift indienen bij de Juridische Dienst van de Nederlandse Mededingingsautoriteit, Postbus 16326, 2500 EB Den Haag.

De directeur van de Dienst uitvoering en toezicht Energie,
Ir. G.J.L. Zijl.