Schoen-, Leder- en Lederwarenindustrie

Verbindendverklaring CAO-bepalingen

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

BESLUIT VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID VAN 9 NOVEMBER 2005 TOT ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR DE SCHOEN-, LEDER- EN LEDERWARENINDUSTRIE

UAW Nr. 10380

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid;

Gelezen het verzoek van het CAO-secretariaat voor de Schoen-, Leder- en Lederwarenindustrie namens partijen bij bovengenoemde collectieve arbeidsovereenkomst, strekkende tot algemeen verbindendverklaring van bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst;

Partij(en) te ener zijde: Federatie van Nederlandse Schoenfabrikanten, Nederlandse Bond van Lederwaren- en Kofferfabrikanten en Federatie van Nederlandse Lederfabrikanten;

Partij(en) te anderer zijde: FNV Bondgenoten en CNV BedrijvenBond.

Gelet op de artikelen 2, 4 en 5 van de Wet op het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten;

Besluit:

Dictum I

Verklaart algemeen verbindend de navolgende bepalingen van bovengenoemde collectieve arbeidsovereenkomst, zulks met inachtneming van hetgeen in de dicta II, III, IV en V is bepaald:

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1 Definities

Verplichtingen

Artikel 3 Verplichtingen werkgever

Artikel 4 Verplichtingen werknemers

Algemene bepalingen

Artikel 5 Geschillenregeling

CAO-partijen hebben tot taak het bevorderen van een juiste toepassing van het gestelde in deze overeenkomst en het voorkomen en in der minne regelen van de geschillen omtrent de uitleg en toepassing hiervan. Individuele geschillen tussen een werkgever en een werknemer worden berecht door de daartoe bij de wet aangewezen rechter tenzij de beide individuele partijen schriftelijk aan CAO-partijen verzoeken om over het betreffende conflict een bindend advies uit te brengen, in welk geval beide partijen aan dit bindend advies gebonden zijn.

Artikel 6 Dispensatie

In die gevallen waarin bijzondere omstandigheden daartoe aanleiding geven, kunnen CAO-partijen toestemming geven tot afwijking van een of meer bepalingen van deze Collectieve Arbeidsovereenkomst.

HOOFDSTUK 2 ARBEIDSDUUR EN WERKTIJDEN

Artikel 7 Arbeidsduur

Algemene bepalingen

Artikel 8 Roostervrije uren

Artikel 9 Flexibele arbeidstijden

Artikel 10 Feestdagen

Op de feestdagen: Nieuwjaarsdag, Tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, Tweede Pinksterdag, de beide Kerstdagen, Koninginnedag (of de dag waarop Koninginnedag officieel wordt gevierd) wordt niet gewerkt;

Voor werknemers in de Lederindustrie geldt dit tevens eenmaal in de 5 jaar (lustrumjaren) op de nationale bevrijdingsdag, voor zover althans van overheidswege een dag als feestdag is of wordt aangewezen.

Voor zover deze dagen vallen op een dag waarop anders gewerkt zou worden, wordt het loon doorbetaald.

Werktijden

Artikel 11 Dagvenster en verschoven uren

Artikel 12 Ploegenarbeid

In een onderneming kan in ploegendienst worden gewerkt. Als nachtploeg wordt beschouwd de dienst waarvan de uren vallen tussen 23.00 uur en 05.00 uur.

Artikel 13 Overwerk, nacht- en zondagsarbeid

Artikel 14 Flexibele arbeidstijden en overwerk

HOOFDSTUK 3 DIENSTVERBAND

Artikel 15 Aanstelling

Artikel 16 Beëindiging van de dienstbetrekking

HOOFDSTUK 4 FUNCTIE EN SALARIS

Artikel 17 Functie-indeling

Artikel 18 Beloning

Artikel 19 Aanloopschaal

Gedurende de eerste 12 maanden van het dienstverband en voor werknemers die een opleiding volgen in het kader van het leerlingstelsel bestaat (12 maanden) een aanloopschaal ter hoogte van het wettelijk minimum(jeugd) loon.

Voor werknemers die deze opleiding volgen kan deze periode éénmalig met 12 maanden worden verlengd.

Artikel 20 Tijdelijke overplaatsing

Indien een werknemer tijdelijk andere dan zijn gebruikelijke werkzaamheden verricht, zal hij tenminste een periode-inkomen ontvangen, dat gemiddeld gedurende de laatste 8 weken vóór de overplaatsing verdiend is, exclusief in die weken genoten overwerkvergoeding.

De eerste volzin van dit artikel geldt niet wanneer de tijdelijke overplaatsing plaatsvindt om ontslag wegens slapte te voorkomen of uit andere overwegingen die in het belang zijn van de werknemer.

Artikel 21 Overwerk beloning

Artikel 22 Ploegentoeslag

Artikel 23 Vakantietoeslag

Artikel 24 Administratieve bepalingen

Artikel 25 Ziektekostenverzekering

Voor een werknemer, die een inkomen geniet dat uitgaat boven de in de Ziekenfondswet genoemde loongrens voor de verplichte verzekering, zal de werkgever het werkgeversaandeel ziekenfondspremie of bij collectieve ziektekostenverzekering 50% van de premie inclusief alle wettelijk toeslagen vergoeden.

Artikel 26 Eindejaarsuitkering

De werkgever zal aan de werknemers een eindejaarsuitkering verstrekken overeenkomstig de voorwaarden genoemd in artikel 9, Bijlage 8 CAO (Schoenindustrie) en artikel 8 Bijlage 9 CAO (Lederwarenindustrie) en artikel 3 bijlage 10 CAO (Lederindustrie).

Artikel 27 Ziekte/Arbeidsongeschiktheid

Artikel 28 Oudere werknemers

Artikel 29 Uitkering bij overlijden

Indien een werknemer overlijdt zal aan zijn nagelaten betrekkingen een overlijdensuitkering worden verstrekt, gelijk aan het bedrag van het de werknemer laatstelijk rechtens toekomend loon over het resterende deel van de kalendermaand van overlijden plus de twee daarop volgende kalendermaanden.

Op dit bedrag wordt door de werkgever in mindering gebracht hetgeen de nagelaten betrekkingen ter zake van het overlijden van de werknemer toekomt ingevolge een wettelijk voorgeschreven ziekteof arbeidsongeschiktheidsverzekering.

Onder nagelaten betrekkingen wordt verstaan:

Onder laatstelijk rechtens toekomend loon wordt in dit artikel verstaan het laatstelijk genoten salaris vermeerderd met ploegentoeslag, beloningen voor overwerk voor zover deze extra beloningen niet een incidenteel karakter dragen, vakantietoeslag, eindejaarsuitkering en eventueel andere vast overeengekomen jaarlijkse uitkeringen doch exclusief overwerktoeslag.

Geen uitkering is verschuldigd indien tengevolge van het toedoen van de werknemer geen aanspraak bestaat op een uitkering krachtens de W.A.O.

Artikel 30 Jeugdigen en partieel leerplichtigen

Artikel 31 Werktijdverkorting

Indien de werkgever gebruik maakt van een vergunning tot werktijd-verkorting als bedoeld in artikel 8, derde lid van het Buitengewoon Besluit Arbeidsverhoudingen 1945, zal hij ervoor zorgdragen – voor zover de uitkeringsregeling van de Uitvoeringsinstelling dit niet reeds doet dat werknemers over de ingevolge deze vergunning niet gewerkte uren tenminste 90% bruto van hun gemiddeld loon zullen ontvangen.

Artikel 32 Beloning, vakantie en vakantietoeslag voor thuiswerkers(sters) in de Schoen- en Lederwarenindustrie

Voor thuiswerk(st)ers geldt de volgende regeling:

Artikel 33 Oproepkrachten

De loondoorbetalingverplichting zoals neergelegd in artikel 7:628 BW geldt niet ten aanzien van oproepkrachten.

HOOFDSTUK 5

Artikel 34 Vakantie- en snipperdagen

Artikel 35 Kort verzuim

Artikel 36 Oudere werknemers

Werknemers hebben een jaar voorafgaand aan vroegpensioen of pensionering, recht op maximaal 5 extra dagen voor het volgen van een cursus of begeleidingsprogramma ter voorbereiding van hun pensionering.

HOOFDSTUK 6 DIVERSE VERPLICHTINGEN

Artikel 37 Ondernemingsraad en medezeggenschap

BIJLAGE 1

FUNCTIE-INDELING SCHOENINDUSTRIE

Artikel 1

Artikel 2

BIJLAGE 2

FUNCTIELIJST MET GROEPSINDELING SCHOENINDUSTRIE

In deze functielijst zijn opgenomen de meest voorkomende productiefuncties in de schoenindustrie, gerangschikt per afdeling en per loongroep.

De navolgende afdelingen (met onderverdeling) worden onderscheiden:

10. MODELAFDELING

Loongroep 3

10.02. Patroonafmaker

Loongroep 6

10.01. Handgradeerder

20. OVERLEDERSNIJDERIJ EN -STANSERIJ

Loongroep 3

20.06. Textielsnijder (Textielstanser)

20.08. Kunstmateriaalstanser

Loongroep 4

20.04. Garnituursnijder (Garnituurstanser)

20.05. Voeringsnijder (Voeringstanser)

20.07. Lintmes-textielsnijder

Loongroep 5

20.03. Intuiger (Bijsnijder, Bijstanser)

20.09. Controleur Snijderij

Loongroep 6

20.01. Oversnijder

20.02. Overlederstanser

30. SCHACHTBEWERKING

31. VOORBEWERKING

Loongroep 2

31.04. Aftekenaar

31.05. Lijmer (cementeerder)

31.11. Versterking-tegenplakker

31.13. Vlechter

Loongroep 3

31.01. Stempelaar Schachtdelen

31.06. Omboeker

31.07. Omboeker van zelflijmende omboekmachine

31.08. Kantbrander

31.09. Overlederopplakker

31.10. Voeringplakker

31.12. Perforeerder (Uitsponser)

31.14. Ringer (Haakzetter)

31.15. Knoop- en gespaanzetter

Loongroep 4

31.02. Splitter (Egaliseerder)

31.03. Schalmer (Schifter)

32. STIKKERIJ

Loongroep 3

32.02. Voeringstikker

32.03. Spanner (Zigzag-stikker)

32.06. Platstikker

32.07. Biesstikker

32.08. Bandaanstikker (Tongstikker)

32.09. Boordbandaanstikker (Boorder)

Loongroep 4

32.01. Schoenstikker

32.04. Oplegger (Kransstikker, Neusstikker, Voorbladstikker)

32.05. Sierstikker (Figuurstikker)

32.10. Rondstikker

32.11. Zoolstikker

32.12. Controleur stikkerij

33. NABEWERKING

Loongroep 1

33.03. Afmaker (Afwerker)

33.04. Overlederkantverver (Kantjesverver)

33.07. Rijger

Loongroep 2

33.01. Uitwrijver

33.05. Walker (Voorvormer)

Loongroep 3

33.02. Boordbandomtrekker

33.06. Omtrekker (Keerder)

40. ONDERWERKSTANSERIJ

Loongroep 3

40.04. Kunstproduktstanser

40.05. Hakstanser (Achterlapstanser)

40.06. Bijstanser

Loongroep 5

40.01. Zoolstanser

40.02. Crouponstanser

40.03. Hals- en lieslederstanser

50. ZOOL- EN HAKBEWERKING

51. ZOOLBEWERKING

Loongroep 2

51.02. Binnenzoolgroeflijmer

51.03. Binnenzoolgroefopzetter

51.04. Binnenzoolgroefversterker

51.09. Zoolschuurder (Nerfschuurder)

51.10. Zoolruwer

51.12. Cambreurhechter

51.14. Zoolvormer (zoolperser)

51.15. Stempelaar onderwerkdelen

51.16. Onderwerklijmer (Zoolcementeerder)

Loongroep 3

51.01. Binnenzoolgroever

51.05. Plyribopzetter

51.06. Zoolsnijder

51.07. Zoolegaliseerder (Zoolsplitser)

51.08. Zoolschrooier

51.11. Onderwerk-schifter (Onderwerkschalmer)

51.13. Zoolbekleder

52. HAKBEWERKING

Loongroep 2

52.01. Omloperhechter (Kederhechter)

52.02. Hakbouwer

52.04. Hakuitkorter

52.05. Hakfrontschuurder

Loongroep 3

52.03. Hakperser

52.04. Hakbekleder

60. ZWIKKERIJ

Loongroep 1

60.22. Kramwipper

Loongroep 2

60.03. Binnenzooleffenaar

60.04. Contrefortinzetter

60.05. Neusinzetter

60.06. Hielhechter (Vastzetter)

60.09. Inleester

60.23. Overlederafsnijder

60.24. Binnennaadegaliseerder

60.26. Boordbeklopper

60.28. Randbeklopper

Loongroep 3

60.01. Bijtuiger (Voorbereider)

60.02. Binnenzoolhechter

60.08. Doorzetter

60.15. Neusinbinder automatisch

60.18. Hielzwikker (Boordzwikker)

Loongroep 4

60.10. Cosy-zwikker (Cosy-inleester)

60.12. Handzwikker

60.14. Neusbinder

60.16. Binnennaaier

60.17. Zijzwikker (gelengzwikker)

60.20. Flexiblekrammer

60.21. Californiazwikker

60.25. Aanklopper

60.27. Randhechter

Loongroep 5

60.07. Overhaler

60.11. Handoverhaler en zwikker

60.13. Neuszwikker

60.19. Lijmzwikker

60.29. Ronddomzwikker

60.30. Handnaaier

70. OPZOLERIJ

71. ZOOLBEVESTIGING

Loongroep 2

71.08. Groefopener

71.11. Groeflijmer (Groefcementeerder)

71.12. Groefsluiter

71.14. Zoolklopper (Glätter)

Loongroep 3

71.01. Inballer

71.02. Ruwer

71.03. Schoenlijmer (Schoencementeerder)

71.04. Opzoler (Zolperser)

71.07. Zoolbesnijder (Zoolgroever)

71.13. Boordklinker (Achteromklinker)

80. SCHOENAFWERKING

81. SCHROOIERIJ

Loongroep 3

81.03. Halskantschrooier (Halskantuitsteker)

81.04. Achterlapschrooier

81.05. Hakboordschrooier

Loongroep 4

71.05. Schoenvulcaniseerder

71.06. Zoolpenner (Houtenpenner)

71.09. Aflapper

71.10. Doornaaier

72. HAKBEVESTIGING

Loongroep 2

72.02. Hakfrontbevestiger

Loongroep 3

72.01. Hakaanpasser (Zoolafsnijder)

72.03. Hakzetter

72.04. Achterlapbevestiger (Brosser)

Loongroep 4

81.01. Schrooier (Frezer)

81.02. Kantschrooier

82. SCHUURDERIJ

Loongroep 2

82.01. Zool- en achterlapschuurder (Voorschuurder)

Loongroep 3

82.02. Zool- en achterlapbimser (Fijn schuurder)

82.03. Kantschuurder

82.04. Hakfrontbimser

Loongroep 4

82.05. Hakschuurder

83. AFWERKING

Loongroep 1

83.04. Hakbiezer

83.20. Veterrijger

Loongroep 2

83.01. Kantprikker (Prikopzetter)

83.03. Zoolversierder

83.05. Kantverver

83.07. Hakpolijster

83.08. Zool- en achterlapverver

83.09. Zooluitpoetser

83.11. Zoolstempelaar

83.14. Inlegzoolinplakker

83.15. Schoenreiniger (Afwasser, Suèdeschoonmaken)

83.16. Napoetser

83.22. Stempelaar etiketten

Loongroep 3

83.02. Steekopzetter (Stripper)

83.06. Kantzetter (Kantlikker)

83.10. Uitleester

83.13. Garneringsbevestiger

83.16. Krimper (Bügler, Föhner, Afvlammer)

83.17. Dresser (Dressingsspuiter)

83.23. Inpakker schoenen

Loongroep 4

83.12. Uitsnijder (Figuuruitsnijder, Voeringuitsnijder)

83.19. Verfreparateur (Lakreparateur)

Loongroep 6

83.21. Eindcontroleur finish

83.24. Schoen-reparateur

90. MAGAZIJN-FUNCTIES

Loongroep 3

90.02. Magazijnbediende fournituren

Loongroep 4

90.03. Magazijnbediende expeditie

Loongroep 5

90.01. Magazijnbediende overleder en voering

BIJLAGE 3

FUNCTIE-INDELING LEDERWARENINDUSTRIE

Artikel 1

Artikel 2 Functiejaren

Onder functiejaren wordt verstaan het aantal volle jaren waarin de werknemer in dienst van eenzelfde werkgever in eenzelfde groep is ingedeeld na het jaar waarin hij de leeftijd van 23 jaar heeft bereikt.

BIJLAGE 4

FUNCTIE-INDELING LEDERINDUSTRIE

Artikel 1

De werkgever dient werknemers, die:

in te delen in die functiegroep welke past bij vergelijkbare wel genoemde functies.

Artikel 2

Werknemers die bij hun indiensttreding of bij plaatsing in een hogere functie nog niet over de kundigheden en ervaring beschikken die voor de vervulling van hun functie is vereist, kunnen voor de groepen I t/m III gedurende 4 weken en voor de groepen IV t/m VII gedurende 8 weken in een lagere functiegroep worden ingedeeld, dan met bedoelde functie overeenkomt.

Artikel 3

Werknemers die worden overgeplaatst in een hoger ingedeelde functie worden in de overeenkomende hogere functiegroep ingedeeld met behoud van functiejarenbeloning met ingang van de loonweek waarin de overplaatsing plaatsvond.

Artikel 4

Werknemers die worden overgeplaatst in een lager ingedeelde functie worden tenminste gedurende de looptijd van de CAO in de oude functie-groep gehandhaafd. Indien de werkgever van oordeel is, dat nadien terugplaatsing behoort plaats te vinden, dan zal hij daarover eerst overleg plegen met de vakbond(en). Toegekende functiejaren blijven gehandhaafd.

Artikel 5

Werknemers die meerdere functies verrichten, worden ingedeeld in de functiegroep die overeenkomt met de door hem te verrichten hoogst geclassificeerde functie, mits de werknemer een derde van zijn tijd in de hoogst geclassificeerde functie verricht.

BIJLAGE 5

FUNCTIE LIJST MET LOONGROEPINDELING PRODUCTIE LEDERINDUSTRIE

In deze functielijst zijn opgenomen de meest voorkomende productiefuncties in de Lederindustrie, gerangschikt per sector en per loongroep.

De navolgende sectoren worden onderscheiden:

I. Zoollederindustrie

In groepen I, II en III komen geen functies voor.

Groep IV

Groep V

Groep VI

Groep VII

II. Lichtlederindustrie

In groepen I, en II komen geen functies voor.

Groep III

Groep IV

Groep V

Groep VI

Groep VII

BIJLAGE 6

FUNCTIELIJST MET LOONGROEPINDELING TECHNISCHE EN ALGEMENE DIENSTEN LEDERINDUSTRIE

In deze functielijst zijn opgenomen de meest voorkomende functies in de technische en algemene dienst in de lederindustrie gerangschikt per loongroep.

Groep A

Groep B

Groep C

Groep D

Groep E

Groep F

Groep G

BIJLAGE 8

LOONTABELLEN SCHOENINDUSTRIE

Artikel 1

De lonen voor werknemers van 23 jaar en ouder, genoemd in artikel 1, Bijlage 1, CAO

Tabel SCHOENINDUSTRIE (Inc. 1,25% verhoging)

Loongroep/Functiejaren123456
– 11.361,151.361,151.365,451.370,891.375,191.381,63
01.482,041.482,041.490,621.501,511.510,091.522,97
11.487,471.487,471.496,341.506,371.515,821.528,70
21.493,491.493,491.501,511.513,531.522,971.534,71
31.499,501.499,501.508,661.519,821.528,701.541,29
41.504,931.504,931.513,241.525,551.534,711.545,87
51.510,091.510,091.519,821.531,571.541,291.554,75
6--1.525,551.538,431.545,871.561,90
7--1.531,571.544,451.554,751.570,22
8--1.538,431.551,311.562,201.609,15

*) Deze schaal kan uitsluitend toegepast worden op werknemers die op of na 1 april 1997 in dienst treden.

Artikel 2

De lonen voor werknemers van 23 jaar en ouder, genoemd in artikel 2, Bijlage 1 CAO

Tabel SCHOENINDUSTRIE (Inc. 1,25% verhoging)

Loongroep/Functiejaren123456
01.392,361.399,661.409,831.423,411.441,171.456,35
11.544,451.559,051.579,371.606,561.642,061.672,41
21.551,311.567,061.588,241.614,881.652,371.682,71
31.559,051.574,511.595,971.625,171.659,231.692,45
41.567,341.581,941.605,421.632,901.668,411.702,76
51.574,511.588,241.613,721.641,501.678,421.712,20
61.581,941.599,981.623,461.650,361.686,721.720,50
71.588,141.608,571.631,471.659,521.695,031.730,51
81.599,981.616,291.640,631.670,981.705,051.739,40
91.608,571.625,171.649,221.683,281.713,921.750,85

*) Deze schaal kan uitsluitend toegepast worden op werknemers die op of na 1 april 1997 in dienst treden.

Artikel 3 Leeftijdspercentages

Artikel 4

Als regel zal een werknemer van 23 jaar en ouder, te rekenen vanaf de datum van zijn indiensttreding, dan wel, indien hij vóór het bereiken van de 23-jarige leeftijd bij de werkgever in dienst is getreden, te rekenen vanaf de datum, waarop hij de leeftijd van 23 jaar heeft bereikt, gedurende niet langer dan 3 jaar worden geplaatst in een functie, die is ingedeeld in de functieloongroep 1 of 2.

Alleen met toestemming van CAO-partijen kan ten aanzien van een bepaalde werknemer van deze regel worden afgeweken.

Een daartoe strekkend met redenen omkleed verzoek dient tijdig vóór het verstrijken van de genoemde termijn van 3 jaar bij CAO-partijen worden ingediend.

Artikel 5

Bij zijn indiensttreding wordt aan de werknemer medegedeeld in welke functieloongroep hij wordt ingedeeld.

Artikel 6

Telkens met ingang van de loonweek, waarin 1 juli valt, schuift de werknemer in de voor zijn functieloongroep geldende schaal op naar het voor het volgende periodiek aangegeven bedrag, totdat het einde van de schaal is bereikt.

Artikel 7

Indien arbeidstijd is verzuimd, zal, indien dit verzuim volgens de bepalingen van deze CAO niet voor vergoeding in aanmerking komt, het loon naar evenredigheid worden verminderd.

Artikel 8

Indien voor een onderneming afzonderlijk een functieclassificatie is opgesteld, zullen CAO-partijen de bijbehorende loonschalen en periodieke verhogingen vaststellen.

Artikel 9 Eindejaarsuitkering

BIJLAGE 9

LOONTABELLEN LEDERWARENINDUSTRIE

De bruto maandlonen voor werknemers van 23-65 jaar genoemd in artikel 1, Bijlage 5 CAO bij een individuele arbeidstijd van gemiddeld 38 uur per week

Tabel LEDERWARENINDUSTRIE met ingang van: 1 juli 2005 (Incl 1,25% verhoging)

Loongroep/Functiejaren123456
01.341,701.349,171.356,771.363,941.371,691.379,16
11.440,071.454,991.470,191.484,551.500,051.514,96
21.446,391.461,881.475,941.491,151.508,081.523,86
31.453,261.468,191.482,531.498,031.516,401.531,62
41.460,451.474,501.489,141.504,641.524,441.540,23
51.466,471.481,111.496,601.511,531.532,761.548,55
61.472,531.487,421.502,911.517,841.541,371.557,44
71.478,611.493,761.509,251.524,721.550,551.566,05
81.500,131.515,621.531,651.559,791.574,70
91.538,601.569,091.583,41

*) Deze schaal kan uitsluitend toegepast worden op werknemers die op of na 1 april 1997 in dienst treden.

Artikel 2 Leeftijdpercentages

Artikel 3

Bij promotie naar een hogere loongroep in de onderneming wordt in elk geval het verschil in beloning tussen de groepen bij 0 functiejaren toegekend; met het dan ontstane bedrag wordt de werknemer op het naast hogere bedrag ingeschaald.

Bij overplaatsing naar een lagere loongroep in het bedrijf, zal het aantal functiejaren zodanig worden vastgesteld dat het loon tot de afloopdatum van de CAO gelijk blijft aan het loon dat de werknemer vóór de overplaatsing ontving.

Artikel 4

Het inkomen van de werknemers wordt verhoogd met: € 4,99 per week voor werknemers die in het bezit zijn van een diploma als bedoeld in artikel 56 van de wet op het Nijverheidsonderwijs, dan wel in het bezit zijn van het vakdiploma L: „Onder Rijkstoezicht gediplomeerd vervaardiger van lederwaren’’.

€ 1 per week voor werknemers beneden de 18 jaar die vakonderwijs ontvangen aan de cursus van de Commissie Vakopleiding Vervaardiger van Lederwaren dan wel een andere door de Nederlandse Bond van Lederwaren- en Kofferfabrikanten erkende cursus.

Artikel 5

Aan meewerkende voorlieden zal worden uitbetaald een bedrag gelijk aan het loon dat de onder hen gestelde, volwassen werknemers gemiddeld ontvingen vermeerderd met een toeslag van tenminste 10% en ten hoogste 15%.

Een voorman is zowel meewerkend als leidinggevend en daartoe aangesteld door de werkgever.

Artikel 6

Geschillen inzake de vaststelling van de lonen dienen aan CAO-partijen te worden voorgelegd.

Artikel 7

Werknemers, die aan de volgende eisen voldoen:

Dit artikel is niet van toepassing op werknemers aan wie een volle of gedeeltelijke uitkering is toegekend krachtens de wet op de Arbeidsongeschiktheidsverzekering.

Artikel 8 Eindejaarsuitkering

BIJLAGE 10

LOONTABELLEN LEDERINDUSTRIE

Artikel 1 Salarisschalen

Weektabel salarisschaal (inclusief 1% loonsverhoging)

GroepIIIIIIIVVVIVII  
Aanloopschaal artikel 19 CAOWETTELIJKE MINIMUM(JEUGD-)LOON 
Punten GM’640–1010½–2020½–3232½–4646½–6060½–7070½–8080½–9595½–110
Waarde per periodiek2,352,502,752,902,953,153,453,753,85
0 functiejr314,93336,94359,09361,59365,06370,11376,16384,69395,25
1 functiejr316,12338,21360,52363,10366,57371,73377,93386,62397,22
2 functiejr  361,93364,60368,06373,33379,69388,54399,19
3 functiejr  363,35366,08369,56374,94381,46390,46401,17
4 functiejr  364,78367,60371,06376,53383,22391,39403,14
5 functiejr  366,20369,09372,57378,14384,99394,30405,12
6 functiejr  367,62370,59374,06379,74386,75396,21407,09

Maandtabel salarisschaal (inclusief 1% loonsverhoging)

MaandtabelIIIIIIIVVVIVII  
Aanloopschaal artikel 19 CAOWETTELIJKE MINIMUM(JEUGD-)LOON 
Punten GM’640–1010½–2020½–3232½–4646½–6060½–7070½–8080½–9595½–110
0 functiejr1.370,221.465,731.562,051.573,101.588,091.610,211.636,511.673,621.719,41
1 functiejr1.375,211.471,271.568,371.579,681.594,681.617,051.644,161.682,051.728,10
2 functiejr  1.574,431.585,991.601,251.624,151.651,781.690,211.736,51
3 functiejr  1.580,741.592,571.607,831.630,991.659,421.698,631.745,20
4 functiejr  1.586,791.599,151.614,151.638,101.667,051.707,041.753,89
5 functiejr  1.593,101.605,731.620,731.644,951.674,811.715,331.762,30
6 functiejr  1.599,151.612,311.627,311.652,051.682,571.723,621.770,98

Artikel 2 Toepassing functiejarenbeloning

Artikel 3 Eindejaarsuitkering

BIJLAGE A

OVERGANGSMAATREGEL VOOR WERKNEMERS DIE VOORHEEN ONDER DE CAO VOOR BEAMBTEN VOOR DE SCHOENINDUSTRIE RESSORTEERDEN

Voor de werknemers die op het tijdstip van invoering van de integratie van de CAO’s voor de Schoen- en Lederwarenindustrie onder de definitie Beambten Schoenindustrie ressorteren, blijven de afspraken van kracht zoals vastgelegd in de Collectieve Arbeidsovereenkomst voor de Beambten in de Schoenindustrie voor de periode 1 april 1993 tot en met 31 maart 1994 alsmede de bijbehorende nota van wijzigingen van 1 april 1994 tot en met 31 maart 1995.

Voor wat betreft de navolgende artikelen:

Art. 1 de definities van leidinggevend en toezichthoudend personeel, administratief personeel, handelsreiziger.

Art. 3 lid 9, 10 en 11 „aanstelling en registratie’’.

Art. 4, 5 salarissen, loonsverhoging met aanhangsels A en B inzake de salarisregeling voor leidinggevend, toezichthoudend en administratief personeel.

Art. 6 „arbeidsduur en overwerk’’.

Art. 7 lid 3,5,14,15 „vakantie’’.

Art. 8 lid 1 „vakantietoeslag’’.

Art. 11 lid 2 „ziekte’’.

Art. 16 sub A lid 1,5,6 en sub B „opzeggingstermijnen’’.

Art. 19 lid 3 „oudere werknemers’’.

Art. 17 „wachtgeldregeling’’.

Deze bepalingen zullen overeenkomstig de voor de CAO voor de Lederwaren- en Schoenindustrie gemaakte afspraken worden geïndexeerd.

BIJLAGE B

BIJLAGE C

PARTIEEL LEERPLICHTIGEN IN DE LEDERINDUSTRIE

Dictum II

De in dictum I opgenomen bepalingen zijn algemeen verbindend verklaard tot en met 31 december 2005.

Dictum III

Voorzover de in dictum I opgenomen bepalingen strijdig zijn met bij of krachtens de wet gestelde of te stellen regelen, prevaleren deze regelen.

Dictum IV

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en vervalt met ingang van 1 januari 2006 en heeft geen terugwerkende kracht.

Dictum V

Dit besluit zal in een bijvoegsel bij de Staatscourant worden geplaatst. Van deze plaatsing zal mededeling worden gedaan in de Staatscourant.

's-Gravenhage, 9 november 2005

Mr. M. H. M. van der Goes.